Titel
Tekst.
08/11/2020Krankzinnige Tempelier
Zondag 8 november brengen de solisten van
het operahuis van Radio Centraal de première
van ‘De krankzinnige Tempelier’, een
barokopera in 10 scènes en x-aantal bedrijven.
Nogal ongebruikelijk. Radio Centraal trok met
een container vol vragen naar bedenker en
librettist J.A De Ceulaer, ook wel de ‘Schikaneder’ van
deze tijd genoemd en niet enkel vanwege de
gemeenschappelijke voornaam (Johan(n),
red.).
RC: U wordt wel eens de Schikaneder van deze tijd
genoemd, een hele eer mag ik aannemen?
J.A.D.C.: Eerlijk? Ik voel me niet aangesproken, Die
Zauberflöte, zowel het libretto van Schikaneder als de
muziek van Mozart zijn interessant als je de opgang
van de populaire, achterlijke cultuur bestudeert, zelfs
wat het technische aspect van theater betreft is Die
Zauberflöte niet van importantie. Mozart is op z’n best
als confiserie, ken je de Mozartkugeln? Maar Ben Hur
en Michael Schumacher vergelijken we toch ook niet?
Trouwens, was Schikaneder geen homootje? De
comparaison tussen Schikaneder en mezelf gaat niet
op.
RC: Maar een barokopera in 2020?
J.A.D.C: Geen enkel genre is tijdsgebonden, Griekse
tragedies spelen zich nog steeds en actueel wereldwijd
af, niet noodzakelijk met pederasten. De term barok is
afkomstig van het Spaanse ‘barueco’, een
onregelmatig gevormde parel, de niet-symmetrische
pareloesterschelp. Je kan dat pejoratief interpreteren,
maar dat is hoogmoedig, niks of niemand is perfect.
Dat is de essentie van mijn barok.
RC: Probeerde je die voornoemde toetsing met
Schikaneder van je af te werpen door een barokopera
te schrijven? Per slot van rekening schreef
Schikaneder libretti voor klassieke opera? Is ‘De
krankzinnige Tempelier’ m.a.w. een manier om meer
J.A De Ceulaer en minder de reïncarnatie van
Schikaneder te zijn, je te bevrijden van Schikaneder,
door Schikaneder alsnog voor te zijn in de tijd?
J.A.D.C: U heeft een Schikaneder idee-fixe?
Schikaneder interesseert me niet, zelfs wanneer
Schikaneder een frituursaus zou zijn, interesseert
Schikaneder me niet, want frituursausen interesseren
me niet. Ik heb voor het barokidioom gekozen
vanwege de recitar cantando, na het fiasco van het
hoorspel ‘De Krankzinnige Tempelier’ was ik
neerslachtig. Toen bestond de cast voornamelijk uit
acteurs die denken dat ‘begrijpend lezen’ één van de
zeven dwergen is. Na die afgang, heb ik mezelf
beloofd dat recht te zetten, hoe dan ook.
RC: Ricator contendo?
J.A.D.C: Recitar cantando, zangerig spreken. Eigenlijk
is de tekst de basis, de tekst moet dus verstaanbaar
zijn, wat bij latere opera’s niet meer het geval is, maar
de solisten mogen er versieringen en franjes bij
aanbrengen, dus de tekst wordt herleid tot materie.
RC: Is dat niet wat tegensprakerig?
J.A.D.C: Niet in de wereld van de ‘Barueco’. De tekst
wordt bezit van de solisten, eventueel het koor. Maar
een chorus kon nu niet, ballet ook niet. Zo is het
‘obscene orgieballet in de blokhut’ weggevallen.
Jammer, want daar had volk naar komen kijken, wat
nu niet mogelijk is. Bref, de solisten van de opera van
Radio Centraal hebben geweldig veel talent en ze zijn
aantrekkelijk, dus ik kijk uit naar een prachtige
voorstelling en na de crisis gaan we naar Avignon,
naar het festival, niet de pont, al zullen we die wel
bezichtigen, alsook het Tavel museum, belangrijk voor
de groepssfeer.
RC: Apropos, is de solist die de Tempelier brengt, het
titelpersonage, niet ietwat echt te…?
J.A.D.C: Krankzinnig bedoelt u? Vraag het hem. U
bent verzekerd, mag ik aannemen?
Libretto J.A. De Ceulaer
Solisten: Annelies Van Opstal, Silver Sindy, Leen Nicolas
Gert Buscops, Luther Vanhoof, Daniel Renders
Techniek: Peter Steenhoudt
Musik: Franz Liszt, Vivaldi, Marian Müller
Titel
Tekst.